De happy single: een mythe?

Er wordt vaak gesproken over de happy single. In dit artikel gaan we het hebben over jongvolwassenen (zie onderaan broninformatie). Dit onderzoek wijst erop dat jongvolwassen singles minder gelukkig zijn dan jongvolwassenen met een partner. Op onderstaande grafieken is dat duidelijk te zien. Bovendien blijken vrouwen in beide groepen gelukkiger te zijn dan mannen. Een mogelijke verklaring is dat vrouwen meer vriend(inn)en hebben, zodat ze beter kunnen terugvallen op steun en advies. Mannen zijn op dat vlak eerder afhankelijk van hun partner. Hoe meer steun je krijgt, hoe gelukkiger!

Een andere factor die het geluksbevinden beïnvloedt is de relatiegeschiedenis. Daaruit blijkt dat singles die ook ex-samenwoners zijn, lager scoren dan singles die nog nooit een relatie hadden of enkel een Lat relatie.

Singles worden ongelukkiger naarmate ze ouder worden, en dat blijkt uit onderstaande grafiek.

Het krijgen van practische of emotionele steun van vrienden of familie is van belang om je gelukkiger te voelen, dat geldt nog meer voor singles dan voor niet-singles. Het hebben van een dagelijkse activiteit (opleiding of werk) heeft eveneens invloed. Mensen zonder dagelijke activiteit zijn duidelijk minder gelukkig: score 5,8 tegenover 6,9 voor personen die een opleiding volgen, en 6,7 voor mensen die werken. Ook hier is het hebben van een activiteit meer van invloed voor de singles dan voor niet-singles.

Het negatieve effect van géén partner én géén baan hebben versterkt elkaar. Verder zijn ook een aantal kenmerken belangrijk zoals het kunnen verwerken van tegenslagen, en het hebben van een positief zelfbeeld. Opnieuw is het effect hiervan groter voor singles dan voor niet-singles.

Conclusie: het beeld van de happy single klopt niet, de gelukkigste groep onder de singles zijn de jonge vrouwen, die een job hebben of een opleiding volgen, die positief ingesteld zijn, en veel steun krijgen van hun vrienden.

Uit onderstaande grafiek zou je ook kunnen afleiden dat de tevredenheid van de mannen stijgt met ouder worden, en die van de vrouwen gaat benaderen.

Mensen met een relatie gedijen beter dan singles. Ze zijn dikwijls sociaal sterker. Partners zijn immers ook elkaars beste critici. Dat maakt dat je ook dankzij die relatie gaat groeien. Partners voeden elkaar op. Van een partner ga je kritiek wel pikken, maar vrienden niet. Die zien dus wel meer naar wat ze zeggen.

Bij een partner vindt je ook sociale en emotionele steun: een schouder om op uit te huilen. Gedeelde smart is halve smart. Bij een vaste partner kan je ook rekenen op geregelde seks, dat bindt. Je wordt daarbij ook aangeraakt, en dat is gezond.

Personen die samenleven leven ook gezonder, ze eten bvb gezonder, en verbruiken minder alcohol. Koppels houden elkaar op dat vlak in het oog. Singles daarentegen nemen al gemakkelijker een snelle hap, en om sociale contacten te hebben gaan ze vaker uit, waar er dan meer wordt gedronken en gerookt. Dat maakt dat samenleven dus ook je levensverwachting verhoogt.

Alhoewel een relatie hebben op alle vlakken beter is, is het aantal singles in de lift. De meeste singles zijn echter tijdelijke singles. Dikwijls is het een tijdelijke situatie tussen twee relaties in: meerdere lange relaties is namelijk de trend geworden. Mensen zijn kritischer geworden, ze willen dat een relatie kwaliteit toevoegt aan hun leven.